Tijdens het bouwen van onze bus stonden we langs de straat voor ons huis. Veel mensen konden zo meegenieten van ons proces. We hebben enorm veel praatjes gemaakt met betrokken voorbijgangers. Een vraag die daarbij vaak langskwam ging over onze reisplannen. Waar we naartoe zouden gaan. Willem Jan en ik lachten dan altijd stoer en zeiden zoiets als: ‘Waar we maar heen willen, waarschijnlijk Zuid-Europa.’ De eerlijke waarheid was dat we geen idee hadden. Italië zei ons gevoel, maar het klussen nam zoveel tijd in beslag dat we pas een week voor vertrek bedachten dat het wel slim zou zijn om een beetje richting te kiezen. Geen verlanglijstje, geen route, nada, niks. Mede hierdoor komen we nu op plekken die we nooit van tevoren bedacht zouden hebben.
Het mooiste voorbeeld daarvan tot nu toe is het eilandje Elba, ook wel bekend als de Toscaanse archipel. We kwamen er plotseling bijna ‘langs’, dus waarom niet. Slechts een uurtje met de boot en garant voor het echte eilandgevoel. We stonden er tussen de dennen en palmbomen, aan het strand en in de bergen. Waar we ook reden, we zagen de zee. We hielden er stranddagen, gingen naar de markt, maakten een prachtige wandeling over de via dei rosmarini aan de kust (de plek waar de kruiden voor de parfum van aqua Elba vandaan komen), hielden siësta op een enorme klif, zagen het huis waar Napoleon als verbanneling zat en bezochten de hoofdstad Portoferraio. Daar traden we in de voetsporen van de kandidaten van Wie is de Mol een paar seizoenen geleden. Wat een geweldig eiland is dit! Boordevol geschiedenis, prachtige baaitjes, natuur, heerlijk eten en gezelligheid. Na precies een week namen we dus met een klein beetje buikpijn afscheid. Met het besef dat wat we daar in de bus zeiden tijdens het klussen zo gek nog niet was.