Met de camperbus Rome in. Wie verzint zoiets? Nou: wij. Nog voor we er zijn, weten we dat we de grootte van deze miljoenenstad rijkelijk onderschat hebben. Al was het maar door de vele wegen die letterlijk naar Rome leiden. Wegen vol auto’s die door elkaar krioelen en overassertief rijden. Willem Jan kan er inmiddels ook wat van en drukt de Peperbus ogenschijnlijk makkelijk de drukte in. Voor we het weten staan we inderdaad middenin de stad en vinden vrij snel een parkeerplek. Gratis. We checken zes keer of dit niet te mooi is om waar te zijn en dan springen we op onze fietsjes. De volgende inschattingsfout. Fietsen met twee peuters door deze stad is een soort kamikazeactie. Rustig aan doen is de sleutel en niet veel later bereiken we met lichte hartkloppingen het Colosseum. Daar kwamen we immers voor: de cultuur, de geschiedenis, de mooie verhalen. Dat is er in deze stad allemaal in overvloed. We zien (deels met de fiets, deels lopend en deels met een bus) de mooiste gebouwen en plekken: het monument van de eerste Italiaanse koning Vittorio Emanuele II (Altara della Patria), het forum Romanum het Pantheon, het Popolo plein (met de oudste obelisk van Rome), de boog van Constantijn en verschillende kerken.
We vinden verkoeling in de Trevifontein en zijn getuige van een filmopname met Jane Fonda op het plein voor de Spaanse trappen. Lune en Jinte laten zich braaf meeslepen en genieten van hele dure, maar lekkere ijsjes. Het zweet op hun neus en voorhoofd verraad wel dat het een inspanning voor ze is. Voor ons eigenlijk ook best wel. Het is 34 graden, er zijn heel veel mensen, auto’s, bussen en overige prikkels. Stiekem zijn we best een beetje blij als we na een lange dag en een lekker pizza de stad weer uitrijden. Over dezelfde vele wegen. Deze keer op weg naar een plek in de categorie lievelings: middenin de natuur net onder Rome (@agricolturanuova). We pakken nog net de zonsondergang mee en dromen over keizers en koningen.